Begin 2022 telde Nederland 840 fysieke viswinkels. Dat zijn er 15 meer dan begin 2021. Het aantal foodwinkels (supermarkten en foodspeciaalzaken) steeg met 3,4 procent naar 19.680 vestigingen, blijkt uit CBS-cijfers.
Supermarktwinkels stegen relatief meer in aantal dan de foodspeciaalzaken. Nederland telde begin 2022 op bijna iedere 900 inwoners 1 foodwinkel. De winkeldichtheid van viswinkels was op dat moment aanzienlijk lager.
Nog geen pré-coronaniveau
Hoewel het aantal viswinkels in 2022 vergeleken met 2021 licht steeg, stond de teller nog niet op het aantal van begin 2020 (845), toen corona in Nederland nog nauwelijks speelde. Sinds de start in 2007 van de huidige reeks CBS-winkeltellingen, werd het hoogste aantal viswinkels gemeten in 2017: 875. Het laagste aantal werd in 2007 gemeten: 650.
Noord- en Zuid-Holland
Begin 2022 stonden de meeste viswinkels in de twee grootste provincies, Noord- en Zuid-Holland (elk 200). De minste viswinkels waren gevestigd in Groningen, Drenthe, Flevoland en Limburg. Elk van deze vier provincies herbergde op dat moment 20 viswinkels. Koploper van de middengroep was Noord-Brabant met 90 viswinkels, terwijl de staart van deze groep gevormd werd door Zeeland met 35 viswinkels.
Viswinkeldichtheid
Nederland telde begin 2022 17,6 miljoen inwoners en 840 viswinkels. Gemiddeld was er in Nederland op dat moment dus 1 viswinkel op iedere 20.942 inwoners. Deze zogeheten viswinkeldichtheid blijkt niet gelijkmatig over Nederland verdeeld. Integendeel: Zeeland telde begin 2022 relatief de meeste viswinkels. Per 11.049 inwoners had Zeeland 1 viswinkel, terwijl er in Limburg 1 viswinkel per 55.912 inwoners te vinden was. Na Zeeland stonden er, rekening houdend met het aantal inwoners, relatief veel viswinkels in Friesland en Noord-Holland: 1 viswinkel per 14.500 inwoners. Naast Limburg waren de viswinkels ook in Gelderland, Groningen en Noord-Brabant dun bezaaid: op circa iedere 30.000 inwoners was er in deze drie provincies 1 viswinkel.
Weinig filialen
De 840 viswinkels die Nederland begin 2022 telde, behoorden bij in totaal 770 viswinkelbedrijven. Begin 2021 waren er in Nederland 755 visbedrijven met 825 vestigingen. De meeste visbedrijven hadden begin 2022 maar 1 vestiging. De meeste visbedrijven zijn dan ook klein: ruim 70 procent van de visbedrijven heeft hooguit 5 werkzame personen. De grootste subgroep (215 bedrijven) heeft 3 tot 5 werkzame personen. De grotere bedrijven vormen de kleinste subgroep: zo hadden maar 5 bedrijven begin 2022 20 tot 50 werkzame personen. Viswinkelbedrijven met meer dan 50 werkzame personen kent de visbranche totaal niet. Negentig procent van de visbedrijven had begin 2022 geen rechtspersoonlijkheid (zoals eenmanszaken) en tien procent wel (zoals BV’s).
Bijna 20.000 winkels
Begin 2022 waren er in Nederland 19.680 winkels in de foodsector, in 2021 waren dat er nog 19.035. Een derde betrof begin 2022 supermarktwinkels en twee derde foodspeciaalzaken. Vergeleken met 2021 groeide het aantal supermarktwinkels in 2022 relatief het meest: +4,5 procent, van 6.115 naar 6.390. Het aantal foodspeciaalzaken groeide in deze periode met 2,5 procent van 12.920 in 2021 naar 13.290 in 2022. Met bijna 2.100 winkels en een aandeel van 15,8 procent in het totaal aantal foodspeciaalzaken zijn slagers de grootste subbranche binnen de foodspeciaalzaken. Viswinkels hebben een aandeel van 6,3 procent.
Dit is een artikel uit Vismagazine 4-2022. Wil je meer van dit soort artikelen lezen? Neem dan een abonnement op Vismagazine en ontvang negen keer per jaar Vismagazine.
|