Gastronomie met hoofdletter G bij ‘t Haringkje

’t Haringkje uit Breskens is sinds augustus 2005 te vinden op diverse markten in Zeeuws-Vlaanderen en Vlaanderen. Ondernemers Wesley Ekkebus en Serge Brevet onderscheiden zich door een gastronomische benadering van het vak. In hun nieuwste wagen bevindt zich zelfs een heus gasfornuis.

De klant in Belgisch- en Zeeuws-Vlaanderen houdt van lekker eten en wil daar graag voor betalen. Die houding past geheel in het straatje van ’t Haringkje uit Breskens, dat met drie wagens diverse markten bedient aan beide kanten van de grens. Wat dat betreft kun je als argeloze buitenstaander op het eerste gezicht op het verkeerde been gezet worden met de naam ’t Haringkje. “We zijn met een houten kraam begonnen haring te verkopen”, vertelt Wesley. “Serge en ik zijn er toen als goede vrienden mee gestart. Vandaar de bedrijfsnaam. Dat ligt lekker in de mond. Toen we de nieuwe, luxe verkoopwagen in gebruik namen, werd de suggestie gedaan om de bedrijfsnaam te veranderen en bijvoorbeeld ‘je’ weg te laten. Dan krijg je ‘Haring’ en dat klinkt gek. En we wilden niet bijvoorbeeld Rolls Royce of zoiets heten, dus hebben we het toen gewoon gelaten.”

Van elektronica naar vis

Om ter plekke te kunnen kokkerellen heeft Wesley speciaal een tweepits gasfornuis aan boord (foto: Peter Roek).

De compagnons hebben een bedrijfsmatige achtergrond buiten de vishandel. Wesley: “Serge had een baan in de logistiek en ik was verkoper in een elektronicazaak. Ik ging op vrije dagen altijd al met een vishandelaar mee. Verkoop en communicatie met de klanten vind ik het leukste wat er is. Ik heb een aantal jaren haring gesneden voor een handelaar en ik vond dat ik dat dan beter voor mezelf kon doen. Toen die handelaar stopte, konden we meteen drie markten overnemen. Vervolgens kregen we er een plekje bij en nog één en nog één. En we zijn volop begonnen met festivals braderieën en evenementen.”

Kwijl op de mond

Wat dat betreft is ’t Haringkje inmiddels in een vaster patroon terechtgekomen. “Uiteindelijk hebben we nu alleen nog weekmarkten.” Dat is een voor de hand liggende keuze, zo blijkt. “In België heb je bijna geen standplaatsen, wel grotere weekmarkten. En binnen een kwartier zijn we in België”, verklaart Wesley de keuze van het werk­gebied. “Nederland is toch nog steeds een stuk minder bourgondisch dan Vlaanderen en Zeeuws-Vlaanderen. Hollanders zijn meer van de haring, de kibbeling en het gebakken visje. In België gaat men meer voor kwaliteits­eten. Nederlanders zien hier pas als toerist wat er allemaal mogelijk is op het gebied van vis. Dan staan ze met kwijl op de mond als ze het assortiment verse vis zien wat wij in de vitrine hebben. In Nederland is het een stukje zalm, schol en kibbeling. Wij verkopen bijvoorbeeld lobskreet, griet, zeebaars en vertellen klanten daarbij hoe ze dat moeten bereiden. En dat past helemaal in mijn straatje. Mensen geven hier meer geld uit aan eten. In Nederland krijg je snel de reactie dat het duur is. In België hebben ze dan liever wat minder, als het maar kwaliteit is.”

Exclusief en vers

De achterkant van de wagen is voorzien van een fraai visserijtafereel (foto: Peter Roek).

De naam van ’t Haringkje kan de nietsvermoedende bezoeker op het verkeerde been zetten. Want wat hij aantreft, is een verkoopwagen waar tal van exclusieve vissoorten en vers bereide maaltijden de hoofmoot vormen. “Ik hoef geen honderd man aan de kraam die elkaar de hersens inslaan omdat het zo druk is”, aldus de ondernemer uit Breskens. “Ik heb liever mensen aan de kraam die van lekker eten houden. Mensen die vanaf het begin, van aankomst totdat ze het bonnetje krijgen, met een glimlach genieten van de ambiance. En dat als aan het eind dan het bonnetje toch een beetje tegenvalt, ze toch nog met een goed gevoel weggaan. Dat geldt ook voor de maaltijden. Wij maken alles vers en halen niks uit een pakje. Wij runnen geen supermarkt, we runnen een kwaliteitszaak.”

Mensen koken minder

Er is in Belgisch- en Zeeuws-Vlaanderen een prima markt voor bijzondere producten (foto: Peter Roek).

De hardlopers voor corona waren de diverse soorten verse vis om thuis te bereiden. “Nu nog steeds wel, maar nog meer de bereide vis en maaltijden”, aldus Wesley. “Mensen koken steeds minder graag zelf. We verkopen alleen bijzondere kant-en-klaar maaltijden en niet het standaardpakketje. Ik zie graag dat de mensen reageren met: ‘Wat is dát?’ Wat mij betreft kan het niet gek genoeg zijn qua combinaties en exclusiviteit.”

Om die reden heeft ’t Haringkje in zijn nieuwste wagen naast de bakoven een compleet gasfornuis aan boord, waar de hele dag pannen op het vuur staan. “Vijf jaar geleden ben ik begonnen met een inductieplaat met een extra stroomkabel omdat anders de stroom eraf ging.” Dus dit is voor Wesley een droom die uitkomt. “De sauzen maken we zelf vooraf in de loods, koken doe ik vooral in de wagen zelf. Of het nu om een kreeft, lagostina of kreukels gaat. Dat hoeft niet zo veel extra tijd te kosten, want ik gooi het in de pan en zet de timer aan. En tussendoor kan ik klanten helpen.”

De nieuwste van de drie verkoopwagens is 9.25 meter lang, en compleet in het zwart uitgevoerd. “Het moest zo’n wagen worden en niet anders. Ik ben niet van het standaard blauw en het standaard visje. Ik ben anders dan anderen. Ik ben geen kuddedier, wel het eerste schaap dat over de sloot springt.”

Twee zondagsmarkten

Haringkje levert een heel arsenaal aan bijzondere kant-en-klaar maaltijden die Wesley zelf bereidt volgens eigen recept (foto: Peter Roek).

Naast drie markten op zaterdag, draait ’t Haringkje in het weekend op zondag standaard twee markten in België, namelijk in Gent en Brugge van 6.00 tot 13.00 uur. “Een bekend fenomeen is hier het aperitieven, waarbij hele families over de markt lopen, voordat ze thuis bij elkaar komen. Daar serveren ze allemaal kleine hapjes bij, terwijl ze de verse vis dan meenemen voor ’s avonds.”
Wesley koopt de vis het liefst zo dicht mogelijk bij zee. “Vroeger was dat in Breskens zelf, voordat de vismijn dichtging. Nu koop ik de vis in Vlissingen, Scheveningen en Spakenburg.” Door de langjarige contacten weten de leveranciers precies wat de zelfbewuste Zeeuws-Vlaming wil hebben. “En als het mij niet bevalt, stuur ik een partij rustig terug.”

Middenklasse valt weg

Zeeuws-Vlamingen en Belgen hebben een hoge standaard als het gaat om lekker eten (foto: Peter Roek).

’t Haringkje heeft – na de investering in de nieuwe wagen – geen plannen voor nieuwe investeringen. Het ziet de toekomst positief tegemoet. “Ik zie wel dat er een steeds grotere schifting komt tussen lage inkomens en de rijken”, aldus Wesley nadenkend. “De middenklasse die daar tussenin zit, valt steeds meer weg. En de prijzen worden abnormaal hoog. De onderklasse doet zijn boodschappen in low budget-winkels en de rijken gaan alleen nog voor kwaliteit. Dat wil niet zeggen dat ik alleen hen nog wil bedienen. Naast de exclusieve zaken als halve kreeft en de oesters wil ik ook kabeljauw met een sausje bieden. Zoiets als tilapia wil ik echt niet in de vitrine hebben. Dan ga ik nog liever failliet.”