In de Europese Unie werd in 2021 1,1 miljoen ton vis en schaal- en schelpdieren gekweekt met een totale waarde van 4,2 miljard euro. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van Eurostat.
Spanje (25 procent), Frankrijk (17 procent), Italië en Griekenland (beide 13 procent) waren goed voor ongeveer twee derde van de productie (68 procent). De totale productie binnen de EU is nog altijd minder dan in Noorwegen. De Noren produceerden 1,6 miljoen ton vis, voornamelijk gekweekte zalm.
Gekweekte soorten
De Europese productie richt zich vooral op vissoorten als forel, zeebrasem, zeebaars, karper, tonijn en zalm; en schaal en schelpdieren als mosselen, oesters en kokkels. De prijzen verschillen per soort. De waarden van forel en zeebaars lagen in 2021 het hoogst. Beide waren goed voor een aandeel van 14 procent van de totale waarde van de Europese kweekvisproductie.
Specialisatie
Binnen de EU bestaat een hoge mate van specialisatie in de aquacultuur. Spanje produceerde in 2021 ongeveer 7 van de 10 ton van de gekweekte mediterrane mosselen in de EU. Frankrijk kweekte de meeste Pacifische oesters uit de Stille Oceaan (88 procent van het totaal) en was daarnaast de belangrijkste leverancier van de gekweekte blauwe mosselen in de EU (45 procent van het totaal). Italië leverde het overgrote deel (92 procent) van de gekweekte Japanse tapijtschelpen in de EU, terwijl Griekenland grootste aandeel had van de in de EU gekweekte goudbrasem (69 procent) en zeebaars (53 procent). Gekweekte Atlantische blauwvintonijn werd het meest geproduceerd in Malta (72 procent van het EU-totaal), terwijl Ierland in 2021 verantwoordelijk was voor bijna alle gekweekte zalm (96 procent).
Bron: Eurostat