De Marine Stewardship Council (MSC) maakte vlak voor de officiële start van het Nederlandse oesterseizoen bekend dat er meer oesters onder de MSC-standaard voor duurzame visserij vallen. Sinds 2013 mag de bodemcultuur in de Oosterschelde en Grevelingen al het MSC-certificaat voeren. Nu geldt dit ook voor de locatie het Veerse meer, en de technieken ‘off-bottom’-installaties en professioneel wild-geraapte oesters.
Onder de ‘off-bottom’-installaties vallen volgens MSC de oestertafels en manden. Deze staan aan de waterrand van de Oosterschelde en staan afhankelijk van de getijden droog of onder water. Deze positionering van de oesters in het ecosysteem is anders dan bij bodempercelen. Daarom is er vanuit MSC uitgebreid gekeken naar de eventuele impact, zoals ophoping op de onderliggende bodem of verstoring van broedende en foeragerende vogels. Hetzelfde geldt voor de wild-geraapte oesters.
Audit
De afgelopen negen maanden beoordeelde een onafhankelijk audit team van Control Union de additionele oester-activiteiten, gemanaged vanuit de Nederlandse Oestervereniging. De auditors concludeerden dat deze activiteiten aan de MSC-richtlijnen voldien, maar dat er wel additionele maatregelen nodig zijn om dit te kunnen blijven garanderen.
De auditors gaven de oesterkwekers dan ook twee condities mee, die de komende jaren moeten worden uitgevoerd om het duurzaamheidspredicaat te behouden. Allereerst moeten ze bijhouden hoeveel oesters er precies door de 'off-bottom'-installaties heen gaan, en ervoor zorgen dat dit niet meer is dan de afgesproken hoeveelheden zoals vastgelegd in het vangstmodel (de zogeheten Harvest Control Rule). Daarnaast moeten de wildrapers aantonen dat systematisch wordt toegezien op het formaat van de oesters dat zij rapen, zodat alleen volgroeide oesters uit het ecosysteem worden weggenomen.
Nederlandse oestersector
Hidde van Kersen, directeur Benelux bij de Marine Stewardship Council: “De Nederlandse oestersector laat mooi de waarde van het MSC-programma zien. Of je nu ambachtelijk en kleinschalig bezig bent zoals bij het wildrapen van oesters, of experimenteel en innovatief zoals de kwekers die hun oestertafels en -manden optimaliseren; het is voor iedereen essentieel dat het bestand gezond blijft en de biodiversiteit behouden.”
“Oesters zijn gezond én duurzaam. De kwekers hebben hard gewerkt om ervoor te zorgen dat nog meer duurzame oesters beschikbaar komen. Ik hoop dat deze uitbreiding tot gevolg heeft dat de consument het product nog meer gaat weten te vinden en te waarderen”, aldus Jaap de Rooij, secretaris Nederlandse Oestervereniging.